Zaterdag 2
november werd de inmiddels traditionele Dag voor de Railmuseamedewerkers
gehouden. Gastheren waren deze maal het Haags Openbaar Vervoer Museum (HOVM)
samen met het Haags Bus Museum (HBM) en Tramweg Stichting (TS) werkgroep
Scheveningen. De deelnemers werden gastvrij ontvangen in de fraaie Remise Frans
Halsstraat, zoals deze vroeger bij de Haagsche Tramweg-Maatschappij heette, uit
1906. Een keur aan historische trams en autobussen stond opgesteld, zowel van
de HTM als van de vroegere NZH.
 |
| Mevrouw Mattijssen spreekt de railmuseavrijwilligers toe. |
De voorzitter van
het HOVM opende de bijeenkomst en heette iedereen namens de organisatoren
welkom. Daarna was het woord aan mevrouw Christianne Mattijssen. Mevrouw
Mattijssen is directeur van de
directie Erfgoed & Kunsten bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap. Zij wees erop dat de vrijwilligers van de railmusea niet alleen bezig zijn met een hobby maar dat
zij ook passen in de definitie van de Erfgoedwet: het behouden van zaken waar
we aan hechten en die we willen overdragen aan de volgende generaties. Zij zijn
dus ook erfgoedzorgers. Verder wees zij erop dat het Ministerie eind 2018 een
miljoen euro beschikbaar heeft gesteld voor een subsidieregeling voor
‘Restauratie en verduurzaming van mobiel erfgoed’. Van die regeling is goed
gebruik gemaakt en het miljoen is dan ook nagenoeg op, maar het Ministerie zet
zich ervoor in om nogmaals een miljoen euro beschikbaar te stellen voor
restauratieprojecten op het gebied van mobiel erfgoed, op voorwaarde dat in
aanvragen nadrukkelijk aandacht moet worden gegeven aan verduurzaming. Zij riep
de aanwezigen op daar vooral creatief in te zijn.
Daarna gingen de
rondleidingen in de remise van start, waarbij vele anekdotes uit de
geschiedenis van het Haagse openbaar vervoer werden verteld en begon het
rittenprogramma, waarbij vanaf de remise via het Kerkplein naar Scheveningen
werd gereden. Dankzij de ingenieuze dienstregeling konden de deelnemers
onderweg overstappen op andere trams of bussen en zodoende uitgebreid
kennismaken met de grote collectie van de gezamenlijke Haagse
museumorganisaties. En zoals dat hoort bij dergelijke gelegenheden konden de
aanwezigen daarna nog lang napraten tijdens een gezellige borrel.
